Het is donderdagochtend en de weer-app van mijn mobiele telefoon geeft aan dat het buiten één graad onder het vriespunt is en dat de gevoelstemperatuur door de oostenwind nog eens zo een zes graden lager ligt. Nu heb ik het niet zo op met gevoelstemperaturen, want de weer-app op de mobiel van mijn echtgenoot draait op android en die geeft altijd een andere temperatuur aan dan op mijn eigen mobiel en daarbij vind ik dat je je altijd warmer kan aankleden, wanneer je een koukleum bent. Aangezien ik niet zo snel een koulijder ben, besluit ik een tochtje op de fiets te maken. Ik ben al een tijdje niet meer bij de Oostvaardersplassen geweest en ik spring, nadat ik me goed heb ingepakt met muts, sjaal en handschoenen, op de fiets.
Ik fietst langs het Spoorbaanpad, in oostelijke richting en voel dat de temperatuur ook voor mij nu wel gevoelsmatig koud is. Nadat ik de twee vaarten heb gekruist en in Almere-Buiten aankom, sla ik rechtsaf om op het Johnsonpad mijn route te vervolgen. Ondanks de koude temperatuur zijn er veel mensen onderweg. Mensen die met de hond een wandeling maken, hardlopers die pluimpjes adem achter zich laten en een enkele voetganger die diep in de kraag van zijn winterjas is weggedoken. Waarschijnlijk op weg naar huis, waar het wel warm is. Het Johnsonpad gaat in de Bloemenbuurt over in de Oleanderstraat en de Jasmijnstraat. Het zijn twee straten waar men nodig eens mag gaan beginnen met het herbestraten ervan. De spaken springen zowat spontaan uit de fietswielen.
Wanneer ik de brug over de Fluittocht in de verte zie is gaat de Jasmijnstaat over in het Gerard Monnikpad en zie ik verderop al de groen en blauw gekleurde huizen van de Regenboogbuurt. Het fietspad leidt me langs de Pastelstraat en de drie hoge brandweerrode flatgebouwen en wanneer ik eenmaal onder de Spectrumdreef fiets, rij ik de Eilandenbuurt in. De huizen staan in het water en zijn als het ware ook kleine eilandjes. Ik passeer een paar hoge appartementsgebouwen -nog steeds op het Gerard Monnikpad- en rij ik de Stripheldenbuurt in. Ik zie de straatnaamborden met daarop namen als Sidoniastraat en Asterixstraat vermeld. Ik word vrolijk van zulke straatnamen.
Ik fiets de Stripheldenbuurt uit en na negen kilometer te hebben gefietst rij ik de Kotterbosweg op, om na een paar honderd meter, nadat ik eerst onder de buitenring ben doorgefietst, in noordelijke richting het Kotterbos in te fietsen. Na de eerste bocht staat er een man in het zwart gestoken mij op te wachten. Tenminste, zo lijkt het. Maar als hij mij al staatop te wachten dan is het om mij een ‘goedemorgen’ te wensen. Wat hij ook doet. Ik groet hem terug en rij verder in noordelijke richting. Wanneer ik na een tijd door het Kotterbos ben gefietst, zie ik bij het Vlotpad de spoorbaan tussen Almere en Lelystad liggen en ik fiets er onderdoor, het Jan van den Boschpad op. Eindelijk ben ik aangekomen in de Oostvaardersplassen. Bekend van de film De Nieuwe Wildernis en diverse televisieprogramma’s.
Het fietspad ligt parallel aan de buitenring en leidt mij naar ‘Gasterij en Natuurbelevingscentrum De Oostvaarders’. Even overweeg ik om er te stoppen en me binnen op te warmen aan een bak koffie met iets lekkers, maar ik fiets door over het Jan van den Boschpad. De oostenwind waait flink van over de vlakte, wat ooit de bodem van de Zuiderzee was. Ter hoogte van het Hugo de Vriespad is de weg afgesloten met de mededeling dat dit gedeelte van de Oostvaardersplassen gedurende de wintermaanden gesloten is. De koude winter vergt veel energie van de dieren en wanneer er bezoekers over het pad komen, kost dit de dieren nog meer energie, zo klinkt de verklaring op het gele informatiebord.
Ik besluit het Hugo de Vriespad op te fietsen. Terugfietsen is een andere optie, maar dat is geen keuze voor mij. Ik rij richting Buitenvaart en sla rechtsaf, de Heimansweg op. Ik fiets langs de kassen en ik zie op een gegeven moment, bij een speelterreintje aan het Fluitbos, een enorme ree staan. Hij schrikt op, ziet mij en blijft staan. Ik wil een foto maken, maar nog voordat ik mijn mobieltje uit mijn jaszak heb gehaald is het dier alweer verdwenen tussen alle bomen en struiken. Ik zet mijn voeten weer aan de trappers en fiets verder. Na een flauwe bocht kom ik aan bij de Thijsseweg, ik steek over en rij parallel aan deze weg richting de Oostvaardersdijk. Bij het parkeerterrein aan de Thijsseweg kom ik een hardloper in een schreeuwerig neon gekleurd jasje tegen. Zijn muts is over zijn oren en half over zijn ogen getrokken, hij ziet er koud en vermoeid uit. Ik begroet hem en ik krijg een onverstaanbare kreun, waarschijnlijk ook een groet, terug als antwoord.
Wanneer ik linksaf sla, het Verbindingspad op, vliegt er een buizerd voor mij uit. Een paar meter boven de grond. Ik overweeg een foto te maken, maar ik heb geen zin om mijn handschoenen uit te doen. Ik volg de roofvogel (ik kan ook niet anders, ik volg immers het fietspad) en ineens vliegt het dier omhoog, om in een boom te landen. Ik ben onder de indruk van de grootte van het beest en wanneer deze op een tak land, zakt deze enkele centimeters door. Alsof er een grote kater hoog in een boom is gaan zitten. Wanneer ik de buizerd op mijn fiets passeer, vliegt deze op en verder. Ik wil zien waarheen, maar als ik omhoog kijk verschuift mijn sjaal en komt de koude wind op mijn lijf. Ik vind het wel goed zo.
Ik rij over het Wagtmanspad naar de dijk en fiets even later over de dijk richting de Lepelaarplassen. Voorbij het gemaal De Blocq van Kuffeler, sla ik linksaf het Trekvogelpad op. Ik heb wederom tegenwind en het pad loopt flink af, hierdoor maak ik meer snelheid en snijdt de oostenwind mij door de kleren. Ik duik dieper weg in mijn kraag, maar het heeft geen zin. Na de Schateilandbrug verandert het Trekvogelpad in de Trekvogelweg en ik besluit in de aangrenzende woonwijk wat boodschappen te doen bij de Albert Heijn aan het Botplein.
In de supermarkt bedenk ik dat de wijn op is en ik haal alvast de boodschappen voor het avondeten. Het wordt één van de Knorr Wereldgerechten. Kip Tandoori. Makkelijk en lekker. De combinatie van deze twee woorden maken het leven zoveel aangenamer. Ik loop door de gangpaden, zogenaamd te zoeken naar diverse boodschappen, maar eigenlijk wil ik mezelf eerst een beetje opwarmen. In ieder geval mijn voeten. Na een paar minuten heen en weer te hebben gelopen, pak ik uit een van de winkelschappen een pak roomboter krakelingen mee en leg deze in mijn winkelmandje. Lekker voor bij de koffie. Het is donderdag en Wie is de Mol komt vanavond op tv.
Wie is de mol volgens jou? Ik ga voor Rik…
LikeGeliked door 1 persoon
Ik twijfel nog een beetje… Chris of Rik.
LikeLike