Droog

Dankzij Dry January ben ik nu bijna een maand gestopt met het drinken van alcohol. Het is een van de betere beslissingen die ik heb genomen. Ik voel me gezonder en energieker. Ik denk er serieus over om er een Dry February aan vast te plakken, en wie weet, een Dry March daar achteraan. Niet omdat mijn omgeving er zo motiverend over doet, want enkele mensen reageren niet positief, wanneer ik vertel dat ik ben gestopt met alcohol. Ze vinden het misschien saai of ze vragen zich af waarom ik die moeite neem. 

Ik begrijp het wel. Alcohol is tenslotte inmiddels meer dan heel normaal in onze maatschappij. Het is iets wat we associëren met gezelligheid en ontspanning. Als je dan niet meedoet, dan val je op. Dit betekent niet dat je geen leuke tijd kunt hebben zonder alcohol. Sterker nog, ik merk juist dat ik veel meer energie heb en meer geniet van de dingen om me heen.

Ik laat me niet ontmoedigen door de negatieve reacties. Ik weet dat ik een goede beslissing heb genomen. Ik probeer de mensen die negatief reageren uit te leggen waarom ik ben gestopt met drinken, maar als ze het niet willen begrijpen, dan is het ook goed.

Erotica

Het heeft iets magisch. Het afspelen van een langspeelplaat. Het moment van het opzetten van de naald, het wachten op het eerste krakje en het geleidelijke opbouwen van het geluid – het is een ervaring die de digitale wereld simpelweg niet kan evenaren. En dan heb ik het nog niet eens over de tastbare ervaring van de albumhoes in de handen te hebben, deze te bewonderen en de songteksten mee te lezen/te zingen.

Sinds anderhalve week luister ik heel vaak naar het album Erotica van Madonna. Toen het in 1992 uitkwam, was het een controversieel werk dat de grenzen van popmuziek opzocht. Nu, vele jaren later, heb ik het album opnieuw ontdekt.

Erotica is meer dan alleen een verzameling provocerende nummers. Het is een conceptalbum dat de donkere kant van seksualiteit verkent. Nummers als Deeper and Deeper en Why’s It So Hard zijn zowel emotioneel als fysiek. En laten we het nummer Erotica zelf niet vergeten, een song dat nog steeds de harten sneller doet kloppen.

Het grijsdraaien van dit album was een trip naar het ‘Gedachtenlaantje’. Ik zag mezelf weer als een jonge twintiger, gefascineerd door de muziek en de beelden die bij het album hoorden. Het was een tijd waarin ik mijn eigen seksualiteit aan het ontdekken, ontkennen en accepteren was.

Het was niet alleen de muziek die de ervaring zo bijzonder maakte. Het was ook het medium zelf. Het vinyl gaf de muziek een warmte en een diepte die je bij een digitale versie mist. De kleine kraakjes waren geen storende elementen, maar juist een onderdeel van het beluisteren van het album.

In een wereld die steeds digitaler wordt, is het belangrijk om af en toe stil te staan bij de schoonheid van het analoge. Het grijsdraaien van een langspeelplaat is meer dan alleen het luisteren naar muziek. Het is een ritueel, een ervaring en een herinnering aan het verleden. Hoewel ik niets tegen streamingdiensten heb, zal er altijd een speciaal plekje in mijn hart zijn voor vinyl.

Waves

Altijd ben ik gefascineerd geweest door de mysteries van het universum. Het heelal is een wonderen iets, en hoe meer er ontdekt wordt, hoe meer er vragen opduiken. Afgelopen weekend was er een bijzonder fenomeen in het nieuws: Chorus waves.

Chorus waves zijn radiosignalen die in de ruimte worden opgepikt en die klinken als een soort vogelgetjilp. Wetenschappers zijn al jarenlang bezig om deze vreemde geluiden te bestuderen, maar de oorsprong ervan blijft een raadsel. Ze zijn meestal te vinden in de ‘Van Allen-stralinggordels’ rond de aarde, maar ook verder weg in het heelal zijn ze waargenomen.

Het meest intrigerende aan deze chorus waves is natuurlijk de vraag: wat veroorzaakt ze? Sommige mensen speculeren dat het signalen zijn van buitenaardse beschavingen die proberen contact met ons op te nemen. Het is een verleidelijk idee, maar de wetenschap is er nog niet in geslaagd om bewijs te vinden voor deze theorie.

De meest waarschijnlijke verklaring is dat chorus waves ontstaan door interacties tussen geladen deeltjes in het aardmagnetisch veld. Wanneer deze deeltjes versnellen, zenden ze radiogolven uit die we op aarde kunnen opvangen. Het is een beetje zoals het geluid dat ontstaat wanneer je een steen gooit in een vijver: de rimpels die zich verspreiden over het wateroppervlak zijn vergelijkbaar met de radiogolven die door de geladen deeltjes worden uitgezonden.

Hoewel de wetenschap steeds dichter bij een definitieve verklaring komt, blijft het raadsel van de chorus waves fascinerend. Het is een herinnering aan hoe weinig we eigenlijk weten over het universum en hoe veel er nog te ontdekken valt. En wie weet, misschien ontdekken we ooit dat we niet alleen zijn in het heelal. Tot die tijd blijven we luisteren naar het kosmische geluid en vragen we ons af wat het gekwetter ons te vertellen heeft.

Toiletten

Op kantoor hebben ze sinds vandaag op het herentoilet geurende matjes in de urinoirs geplaatst. Het is niet zo dat ze meteen in het zicht zijn geplaatst, je moet echt vlakbij de keramische bak staan om het te zien, maar de geur die deze matten afgeven laat je bij binnenkomst meteen weten dat er iets gaande is op het herentoilet. De geur is schreeuwend aanwezig, en overweldigend zoet. Er zullen mensen zijn die het lekker vinden ruiken, ik ervaar het als afschuwelijk. Het doet me denken aan rottend fruit in een snoepwinkel. Terwijl ik de blaas leeg en probeer om zo min mogelijk van de zoete aanwezigheid via mijn neus naar binnen te krijgen, moet ik denken aan andere opvallende toiletgebeurtenissen uit het verleden.

Het zal meer dan vijftien jaar geleden zijn dat er op het herentoilet van een vorige werkgever een collega het als hobby ervaarde om de spiegels op de toiletten met vloeibaar zeep in te smeren en hierop papieren handdoekjes te duwen. Het resultaat was een net niet kunstzinnig gebeuren van zwevende papierproppen op de toiletspiegels. Wat ik toen vooral vreemd vond, was het feit dat degene die dit tafereel bijna wekelijks creëerde, een bekende moest zijn. Een collega die ik waarschijnlijk dagelijks begroette, zonder kennis van zijn afwijkende gedrag. Het mysterie is nooit opgelost. In ieder geval niet in de periode dat ik bij de werkgever werkzaam ben geweest.

Een andere herinnering die zich op het herentoilet aanmeldt heeft geen betrekking op een eerder of ander toiletbezoek bij een werkgever, maar betreft een mopje die ik ooit als pre-tiener hoorde en welke ik als jong jochie hilarisch vond. De grap stond in een tijdschrift, in een artikel over ‘Uitspraken Die Je Beter Niet Kunt Doen Op Een Openbaar Toilet’. Eén tip daarvan was om de man naast je, bij de urinoirs, nooit te complimenteren met zijn mooie horloge. Dat ik de grap toendertijd ook begreep vond ik toen misschien nog wel het leukste van alles.

Fietsrit

Het is zondagochtend en ik rijd op mijn fiets een rondje door Almere. Het weer is zoals het in januari vaak is: Koud en fris. Regen blijft achterwege en de wind is niet al te krachtig. Ik fiets met een wollen muts op mijn hoofd en handschoenen aan, langs de Spoorbaanpad richting Station Muziekwijk. Even voorbij het station sla ik af, richting de Hoge Ring van Almere. Via het Stonespad rijd ik het natuurgebied Pampuhout in. Het valt me op dat er een batch met enthousiaste hardlopers is ontstaan. Het zal vast te maken hebben met het vriendelijke weer vandaag, en met de goede voornemens die nu nog geen twee weken oud, en hierdoor ook nog ambiteus, zijn.

In het natuurgebied vliegt een zwerm vogels met me mee en een paar ganzen vliegen juist weg van mij vandaan. Ik fantaseer dat deze vogels alsnog naar het Zuiden willen vliegen om er de laatste paar wintermaanden te overwinteren. Wat valt er deze periode verder nog te beleven voor een gans in de Flevopolder? Waar de vogels vrij wegvliegen volg ik mijn pad, en rijd ik na een kleine tien kilometer richting Muziekwijk. Via het Beatrixpark, waar het lijkt dat er een hardloopevenement plaatsvind, door alle enthousiaste goede-voornemens-hardlopers, fiets ik naar huis.

Wanneer ik bijna thuis ben, rent er een kat langs mijn voorwiel. Ik rem en de kat versnelt zijn run in een sprint. Het dier kijkt niet meer achterom. Het mindert even vaart voor een hoog hek en springt dan overheen.

Nieuw Jaar

De feestdagen zijn voorbij. Het nieuwe jaar is ruim een week geleden van start gegaan en ik zit sinds een paar dagen weer in het oude, bekende ritme. De twee weken vrij hebben me goed gedaan. Ze voelden ook echt als twee volle weken vrij zijn. De dagelijkse orde en regelmaat geeft me weer rust en nu is het wachten op het komende voorjaar. Deze weken ervaar ik soms als minder prettig. Ik beweer niet dat ik lijdt aan een nieuwjaarsdepressie, want ik heb geen zin om bij het raam naar de regenbuien, buiten te kijken. Om te wachten op het mooie(re) weer. Ik geniet van de kleine geluksmomentjes. Die vind ik overal in; een stralend zonnetje tijdens een lunchwandeling, de trein die op tijd rijdt of wanneer ik buiten door de winterse gladheid onderuit ben gegleden en ik gelukkig geen lichamelijke last van heb overgehouden. Tel je zegeningen. Het klinkt als een cliché, maar dat heb je met cliche’s; ze zijn waar.

Happiness

We zitten in het laatste weekend van het jaar. Nog een paar dagen en dan ligt er weer een jaar van ervaringen achter ons. Voordat het nieuwe jaar begint, is het deze periode het moment van de diverse overzichten van de afgelopen twaalf maanden. Een optelling van wat waren onze hoogtepunten waren en welke juist niet. Het is niet dat ik een overzicht nodig heb om te weten dat de wereld in brand staat. En wanneer ik dan de laatste weken wederom neeschuddend de nieuwsberichten lees, ben ik me ervan bewust dat we dit al jaren roepen. Sterker nog; ik kan me niet anders herinneren. Al sinds ik nog geen acht jaar oud was mag ik het doemdenken van de mensen om mij heen horen. Sinds het begin van de jaren zeventig hoor ik al dat het zo niet langer kan. Toch gaan we door met het leven. Wellicht is dit de verborgen boodschap: Leef het leven en maak er het beste van. Geniet van de geluksmomenten. Ik ben van mening dat je niet ver hoeft te zoek voor die momenten van geluk en tevredenheid.

Zo kijk ikzelf terug op een enigszins teleurstellende hardloopjaar. In februari kreeg ik een blessure in een van mijn kuiten, waardoor ik voor een tijdje niet kon hardlopen, en in september heb ik mogelijk tijdens een vakantievlucht een corona-achtige virus opgelopen, waarna ik ruim een maand geen conditie heb gehad om lekker hard te lopen. Het hardloopgeluk kwam later weer terug in de vorm van nieuwe hardloopschoenen; Nike Pergasus Plus. Deze schoenen zitten me zo fijn, dat ik nu eindelijk weer op mijn oude hardlooptempo zit, en is het hardlopen voor mij weer helemaal leuk*. Gelukkig is het hardlopen voor mij niet bepalend voor mijn levensgeluk, en kijk ik terug op een leuk en positief jaar. Dit is mijn wens voor iedereen.

*Ik heb nu twee paar hardloopschoenen Nike Pegasus Plus op voorraad in de kast liggen.

Kerstavond

De sneeuwvlokjes dwarrelden en ieder zat bij het knappend vuur van de haard naar ‘A Christmas Carol’ te kijken. In alle huizen heerste het kerstgevoel.
‘Hè, Jaap, kom gauw binnen, het is zo koud op de gang. Kom dicht bij de kachel zitten, Jaap. Kijk, hier staan je pantoffels, en wil je nog een koekje, Jaap, hè, wil je d’r één, toe Jan, pak er maar twee.’

Maar in ’t huis van Esther de Vries was het koud. Ja, Kleine Sam dreinde vanuit zijn bedje: ‘Mama, waarom is de kachel uit?’ Wrange vraag! Dieper boog zich ’t prachtige hoofd van Esther, de mooie Esther uit Almere, over het kerst-overhemdje van kleine Sam. En ze dacht aan Koos, een week geleden weggegaan om een paar kerstkaarten te posten – en nu nog niet terug.

‘Misschien was de brievenbus vol!’ prevelde ze met hoopvlamming. Maar dan opeens kreeg ze zo’n grauw en grimmig gevoel en dacht: Nee, Koos heeft de benen genomen. En ik heb het nakijken.
‘Mama, ik wil kerstkoekje’, riep het jongetje vanaf boven vanuit het bed.
Bij Esther bevroren de waterlanders op haar wangen toen ze naar boven liep.
‘Stil, lieverd!’ zei ze, de hand zacht, maar koud, op het blonde jongenskoppie leggend.

Maar beneden ging de deur langzaam open en daar stond Koos. Nog enigszins aangeschoten, maar hij was er tenminste weer.
‘Dag Bianca!’ riep hij levendig.
‘Esther’, verbeterde ze fijntjes. En ze wierp zich geoefend aan zijn hazel bruine ogen. Juist op dat ogenblik begonnen, bronzerig, de kerstklokken te luiden.
‘Waarom?’ vroeg Koos wezenloos.
‘Dat is altijd aan het slot van een kerstverhaal’, zei Esther, zacht huilend, omdat haar geluk was weergekeerd.

Fijne Kerstdagen!
Vrij bewerkt naar Simon Carmiggelt

December

Afgelopen zondagochtend rijd ik mijn bijna wekelijks rondje op de fiets door Almere, waarbij ik deze ochtend langs een van de grootste gemalen ter wereld, De Blocq van Kuffeler, fiets. Het is het oudste gebouw van de stad waar ik nu woon, in oktober 1967 begon het met het droogleggen van Zuidelijk Flevoland,welke ervoor heeft gezorgd dat de polder in zeven maanden werd drooggelegd. Hierdoor kan ik deze zondagochtend in het zonnetje rondfietsen op de oude, drooggelegde zeebodem in plaats van dat ik ronddobber aan het wateroppervlak.

Het is deze zondagochtend heel vriendelijk weer. De temperatuur verraadt dat het de eerste dag van December is, maar verder is het heerlijk vertoeven. De maand geeft me, in tegenstelling tot de temperaturen buiten, een warm gevoel. Het zal wel te maken hebben met het gevoel van saamhorigheid dat ik zal ervaren met de komende december-momenten als; Sinterklaas, Kerstmis en Oud en Nieuw. Let’s go December!

Veertig

Vandaag is de speciale veertigjarige editie van Do They Know It’s Christmas van Band Aid in bijna (want de versie uit 1988 wordt totaal genegeerd) al haar uitvoeringen uitgebracht. De edities van 1984, 2004 en 2014 zijn in- en doorelkaar ge(re)mixt tot een versie die ikzelf niet echt vloeibaar vind klinken. Zo’n veertig jaar geleden flanste ik op mijn tienerkamer met mijn cassetterecordertje zelf ook wel eens een remix door het aan het aan elkaar plakken van diverse nummers, en deze uitvoeringen van toen doen niet onder voor deze remix-versie van Trevor Horn.

Ik begrijp na het bekijken van de clip op YouTube dat ik het niet als een radionummer moet horen, maar als een documentaire moet zien. Op deze manier kan ik deze versie wel waarderen en begrijp ik wel waarom er weer een nieuwe versie uitgebracht moet worden. Ook met deze uitvoering zullen er voor het goede doel weer miljoenen verdiend worden, en met dit bedrag van miljoenen, heb ik een mooi ‘bruggetje’ naar een ander muzikaal evenement: Het Eurovisie Songfestival 2025.

Gisteren hebben de inwoners van het Zwitsere Bazel met een referendum ervoor gekozen om bijna veertig miljoen Euro’s door de overheid vrij te (laten) geven voor de organisatie van het Eurovisie Songfestival. Ruim 66% van de bevolking vindt het goed dat er zo veel geld wordt uitgegeven aan het culturele evenement. Het zal een goede investering zijn, want met een festival als deze plaats je jezelf natuurlijk wel op de kaart. De hele wereld weet in mei, volgend jaar, waar Bazel ligt, wat Bazel te bieden heeft en dat je naar Bazel wil afreizen.

Stilstaan

Deze periode rijdt het openbaar (treinverkeer) weer eens anders dan normaal. Dit komt door de werkzaamheden op Schiphol. Het grootste luchthaven van Nederland is aan vernieuwing toe en ik denk dat de aansluiting van de diverse treinen ook hiertoe horen. Daarom rijden de treinen iets anders dan normaal. Dit betekent dat ik in de ochtend een paar minuten later op mijn eindstation aankom, waardoor ik niet een verbinding mis en een vijftal minuten op de metro moet wachten. Het is niet anders en het duurt maar tot einde volgende week.

Maar van de week had ik een bijzondere variatie; tijdens mijn rit in de vroege ochtend was er een storing waardoor we minutenlang stilstonden in het donkere landschap tussen Weesp en Diemen. Uiteindelijk werd er aan de reizigers omgeroepen dat door een wisselstoring op de rails de mogelijk om door te rijden nihil was. De trein ging weer terug naar het laatst aangedane station, werd er ons geomroept. Ik had inmiddels al een collega geappt dat ik deze dag ging thuiswerken. Uiteindelijk kwam in na een reis van anderhalf uur weer terug op de plek van mijn vertrek. Net op tijd om de werkdag te beginnen.

Laatste keer

‘Wanneer heb je voor het laatst iets voor het eerst gedaan?’ Dit was altijd een gevleugelde uitspraak van een kennis van vroeger. Ze was een vrouw van mijn leeftijd die in dezelfde wijk als ik in Den Helder was opgegroeid, maar die ik pas later leerde kennen via het internet toen ik al in Almere woonde. Ik moest laatst weer even aan haar denken. Helaas kan ik het haar niet vertellen. Zo’n tien jaar geleden heeft ze zelf voor het laatst iets voor het eerst gedaan, en dat was onomkeerbaar; ze overleed aan hartfalen.

In mijn gedachten leeft ze nog voort. Zo dacht ik even aan haar toen ik laatst bij de plaatselijke supermarkt voor het eerst beef jerky had gekocht. En thuis had geproefd. Dit was voor mij de laatste keer dat ik iets voor het eerst heb gedaan (het eten van gedroogd vlees). Dit omdat ik gewoon nieuwsgierig was onder het mom van het verbreden van de cullinaire horizon. Het is niet dat ik er spijt van heb, maar ik vond het eten van dit gedroogd vlees geen succes. Ik had nu echt het idee dat ik aan een dood dier zat te knabbelen. Wanneer al het vlees smaakte zoals beef jerky, dan was ik jarenlang geleden al vegetarier geweest.

Twenty!

I find it extraordinary in more ways than one, that I have been writing pieces of text on this weblog for the past twenty years. It is not, like twenty years ago, that I share my blogs, or the pieces of text, daily and almost fanatic, but every now and then I have the urge to share something online. It’s not that I want to air my opinion anymore. Since a few years I don’t think that’s of any importance. Imagine ‘shouting’ something and someone will respond to create a stupid discussion. Opinions are like opinions; everyone has one.

Why I haven’t stopped writing blogs in recent years is partly because I enjoy reading back on things from the past. Nowadays it’s the case that when we welcome a new, mostly young colleague at work I can look back to see what I did, or what kept me busy, on my colleague’s birthday. No need to mention I am getting old (well, at least twenty years older, since this weblog started).

Coffee to Go

Since a few weeks, I have been taking a mug of coffee with me on my way to work. My attention was caught on a thermos cup that was on sale on an online shop. It was a nice item and I reminded myself that at work I always leave my coffee cold. With such a thermos cup like this item, it wouldn’t cool down as quickly as I was used to. And I was right. Even a few hours after pouring, my coffee in the thermos cup is still hot.

Now I also take a mug of coffee with me from home in the morning for travelling. A coffee to go. Not that I sit and sip it on the train or metro, but when I walk the last few hundred meters to work, I take an occasional sip of my coffee, and believe me, with these cold winter temperatures the last few days, this is not an excessive treat.

En route to …

With the early morning hours still dark (say night) since a week ago when I go to Amsterdam on weekdays, Christmas jitters are slowly starting to bubble to the surface. Thus, I have been cautiously listening to Christmas songs for the past few days. There are, to my knowledge, no Halloween songs, and I have been skipping St Nicholas songs for years, because I no longer celebrate St Nicholas. That leaves only the Jingle Bells, White Christmas and other songs.

I still try to listen to other music, though. My Eurovision Song Contest playlist is still playing from time to time, but after ten months Bing C. and Mariah C. are more often heard through my airpods. I’m not going to deny, nor resist it. The lead up to Christmas has begun. Not that I have ever resisted it in the previous years.