Van de week was ik voor controle bij de tandarts en hier bij werd meteen wat hardnekkig vuil door de mondhygiëniste weggebikt. Ik heb geen angst voor, of een hekel aan de tandarts, maar dat gepeuter met scherpe haken tussen tanden, kiezen en in mijn tandvlees, ervaar ik niet als prettig. Ik ga liever uiteten.
Na een kort half uurtje was Roos, de nieuwe mondhygiëniste, klaar met haar eerste klus van de dag. Ze was tevreden met de hygiënische toestand van mijn gebit. Wel moet ik beter aan de binnenkant van mijn gebit poetsen. Vreemd. Dat doe ik volgens mij al jaren, want mijn elektrische tandenborstel heeft een tijdklokje waarmee ik in twee minuten alle mondhoeken schoonborstel.
Toch was Roos, mijn mondhygiëniste, niet helemaal zeker over iets, waarvan ze van mening was dat hier een meer ervaren tandarts zijn oordeel mocht geven. De ruimte achter mijn verstandskiezen is volgens haar niet gebruikelijk. De ‘echte’ tandarts wist het mysterie op te lossen met de opmerking dat naarmate je ouder wordt, ook het kaakbot last heeft van slijtage. Hierdoor ontstaat er meer ruimte bij de verstandskiezen. De geest is buitengewoon in ontkenning, maar het lichaam herinnert me te vaak aan het feit dat ik de middelbare leeftijd steeds meer achter me laat.
