Ik ben nu inmiddels vijfenvijftig jaar oud. Sinds vorige week zondag. Dat doen verjaardagen met je; je wordt er ouder van. Het heeft zo z’n voor- en nadelen dat het ouder worden. Aan de ene kant wil je niet echt oud zijn, maar aan de andere kant maak je, je niet meer zo druk om andere, onnozele dingen.
Zo vind ik het ook niet meer belangrijk om mijn mening te delen. Over de lock-down, die sinds vandaag is ingegaan. Je kan er boos om worden en je kan het gelaten negeren. Maar in principe doet het er niet toe wat jouw mening is over de lock-down of over COVID 19. Of over vaccinaties, het openbaar vervoer of het beste wasmiddel voor de witte was. Totaal niet belangrijk.
Zoveel mensen met een mening, en de mening is als een kont. Iedereen heeft er een. Dus het spuien van mijn mening voel ik als overbodig geworden. Ik ga door met mijn leven. Tenminste, dat is wel de bedoeling.
Ik moet hier overigens wel even melden dit stukje niet wordt geschreven met een toetsenbord, maar dat het wordt ingesproken via mijn mobiel, omdat het mij handig lijkt om ook wanneer ik niet bij de computer ben een stukje te kunnen ‘schrijven’. Ik ben ook heel benieuwd hoe de tekst eruit komt te zien wanneer ik klaar ben met het inspreken van deze teksten. Ook als ouwe *** moet je met je tijd meegaan, vind ik.
Ik moet dus nog ontdekken hoe dit het beste werkt, en of het wat voor mij werkt. Het is namelijk zo dat ik niet veel zin heb om ‘s-avonds nog achter de computer te gaan zitten om een stukje te gaan tikken, omdat ik al de hele dag achter de computer zit thuis te werken. Maar wellicht helpt het wanneer er in gedachten, tijdens het hardlopen, mij iets te binnen schiet en dat ik het dan kan inspreken en dat ik hiermee weer iets vaker een tekst, of een stukje tekst kan plaatsen.
We zullen het meemaken. Ik ga nu kijken om te zien hoe ik dit zo het beste moet uitwerken. Misschien gaat het zo goed, dat ik dit stukje kan eindigen met: Tot morgen…
