De leeftijd van het universum en het reusachtige aantal sterren lijken aanwijzingen voor de aanname dat buitenaards leven veel zou moeten voorkomen. Tijdens een lunch in 1950 praatte de natuurkundige Enrico Fermi daarover met zijn collega’s, en zou toen hebben gezegd: “Waar zijn ze dan? Als er zo veel buitenaardse beschavingen in de Melkweg zijn, waarom is er dan geen bewijs, zoals sondes, ruimteschepen of radio-uitzendingen?”
Deze eenvoudige vraag Waar zijn ze dan? (of, Waar is iedereen?) is misschien apocrief maar in het algemeen krijgt Fermi de eer voor het op heldere en eenvoudige wijze onder woorden brengen van het vraagstuk van de waarschijnlijkheid van buitenaards leven.
Er is een breed scala van mogelijke oplossingen voor de Fermi-paradox voorgesteld. Al deze oplossingen vallen onder een van de vier hoofdcategorieën:
- buitenaards leven bestaat niet en wij zijn alleen in de kosmos.
- buitenaards (intelligent) leven bestaat wel maar heeft tot op heden nog nooit contact gelegd met de aarde.
- buitenaards leven heeft in het verleden of het heden inderdaad al op enigerlei wijze contact gelegd met de aarde.
- buitenaards (intelligent) leven is zich allang bewust van ons maar heeft geen interesse in de mens en zijn technologie of wil geen contact met ons.
De Fermiparadox is een conflict tussen een argument van schaal plus waarschijnlijkheid en het ontbreken van bewijs. Een completere definitie kan als volgt omschreven worden:
De grootte en leeftijd van het universum suggereren dat er veel technologisch geavanceerde buitenaardse beschavingen zouden moeten bestaan. Deze hypothese is echter inconsistent met het ontbreken van gevonden bewijs dat deze stelling ondersteunt.