Een paar weken geleden keken we hier thuis de televisieserie gebaseerd op Louis Couperus’ De Stille Kracht. Dit verhaal is meer dan honderd jaar oud en speelt zich af rond het jaar 1900 in het fictieve Laboewangi op Java. De televisieserie heeft echter nog steeds de sterke tijdsgeest van de jaren zeventig van de vorige eeuw.
Ondanks dat Couperus’ verhaal zich afspeelt in Nederlands Indië is de televisieserie in de Nederlandse televisiestudio’s opgenomen. Het televisiemaken was zo’n vijftig jaar geleden anders dan tegenwoordig. Niet alleen vertelt het verhaal zich tergend langzaam, maar ook de audio van toen is achterhaald. De korte, maar luide, schreeuwen van de beo-vogel in de televisiestudio overheersen de dialogen en zijn hierdoor irritant aanwezig. Ik ben me tijdens het kijken van de serie vaak pestpleuris geschrokken van de beo en heb bloedfanatiek gefantaseerd over hoe ik vogels op kon laten vliegen. Naar het hiernamaals.
Ondanks de beo vond ik het leuk om een televisieserie te zien die in mijn jeugd enorm veel invloed had in de destijds, huidige maatschappij. In de jaren nadat de televisieserie werd uitgezonden zijn er in veel herinneringsoverzichten vooral de naaktscène van Pleuni Touw afgespeeld. Hierin staat zij onder de douche en wordt op mysterieuze wijze met rode sirih bespookspuwd. Het is mij tot op heden nog steeds onduidelijk of dit door de plaatselijke bevolking wordt gedaan of door geesten. De titel van het verhaal is tenslotte ‘De Stille Kracht’.
Dat er meer tussen hemel en aarde is werd mij in de jaren zeventig ook in real life wijsgemaakt. Een vriendin van mijn moeder, tante Mies, had na het overlijden van haar man, ome Jan, een nieuwe vriend leren kennen die oorspronkelijk uit Indonesië kwam. Deze man wist verhalen te vertellen die niet meteen verklaarbaar waren. De Stille Kracht, maar dan niet uit een roman. Het heeft op mij, als kind enorm veel indruk achtergelaten; geesten met wraakgevoelens. Ik wist vanaf toen -na veel slapeloze nachten, dat je geesten niet belachelijk moest maken, anders kreeg je er uiteindelijk enorm veel spijt van.
Als schoolkind laten spookverhalen enorme indruk bij je achter. Je mist het relativeringsvermogen, en daarom moet je over die dingen praten. Dat was toen met mijn klasgenootjes. Het was tijdens een wekelijkse wandeling naar de sporthal van sportvereniging Zeemacht dat ik de Indonesische spookverhalen heb onthult aan mijn medeleerlingen. Wat het gevolg hiervan was, had ik niet kunnen inschatten, maar er werd zeer waarschijnlijk door anderen thuis over gepraat en werd ook de meester hier later over geïnformeerd. Ik leerde nogmaals dat het niet al te serieus nemen van spookverhalen gevolgen kunnen hebben. Dit verklaart waarom ik later door een boze meester ter verantwoording werd geroepen over mijn spookverhalen.
I love ghost stories!
Your entry reminds me in 2020 I want to learn more Dutch history. I know only a little such as the Spanish occupation and a bit of Empire in the south seas.
LikeGeliked door 1 persoon